Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Sinds 1 juli 2013 zijn organisaties en zelfstandige beroepsbeoefenaren op grond van de Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling verplicht om een meldcode te hanteren. De meldcode is niet alleen bedoeld voor (vermoedens van) fysiek geweld, maar ook psychisch of seksueel geweld en verwaarlozing.

Stappen
Ik hanteer de volgende stappen van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.
Ik breng signalen in kaart. De kindcheck is onderdeel van deze stap.

  1. Ik overleg met een collega. Raadpleeg eventueel Veilig Thuis: het advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling.

  2. Ik ga in gesprek met de betrokkene(n).

  3. Ik weeg het huiselijk geweld of de kindermishandeling. Ik neem bij twijfel altijd contact op met Veilig Thuis.

  4. Ik neem een beslissing. Is melden noodzakelijk? Of is hulp verlenen of organiseren (ook) mogelijk?


Ondersteuning professionals bij beslissing
In stap 5 neem ik een beslissing op basis van 2 vragen:

  • Is melden bij Veilig Thuis noodzakelijk?
    Melden is noodzakelijk als er sprake is van acute of structurele onveiligheid.

  • Is hulp verlenen of organiseren (ook) mogelijk?
    Hulp verlenen is mogelijk als:

    • ik in staat ben om passende hulp te bieden of te organiseren;

    • de betrokkenen meewerken aan de geboden of georganiseerde hulp;

    • de hulp leidt tot duurzame veiligheid.

Is hulp verlenen op basis van een van deze punten niet mogelijk? Dan is melden bij Veilig Thuis noodzakelijk. Het afwegingskader in de meldcode ondersteunt mij bij de beslissing of melden noodzakelijk is of dat het zelf bieden of organiseren van hulp (ook) mogelijk is. In het afwegingskader staat wanneer dat volgens de normen van mijn beroepsgroep het geval is.

Ik leg deze 5 stappen vast in het cliëntdossier. (Lees meer over de meldcode en dossiervorming. Of bekijk de video Documenteren in de meldcode.)

Lees meer op: https://www.augeo.nl/nl-nl/themas/meldcode/.